ArticlePDF Available

Ponsaers, P. (2018). “In memoriam Brice De Ruyver (1954-2017)”, Cahiers Politiestudies, Dienstverlening door de Politie, nr. 46(1), 73-76.

Authors:

Abstract

Op 19 oktober 2017 overleed professor Brice De Ruyver onver�wacht aan een hartfalen. Hij werd 62 jaar. Jong, veel te jong om ons te verlaten. Met hem is één van de meest scherpe observatoren en architecten van het Belgische veiligheidsbeleid heengegaan. Brice was erg geliefd bij zijn studenten aan de UGent omwille van zijn nooit aflatende bevlogenheid en begeestering. Hij was tot op de laatste dag van zijn leven onderzoeksmatig erg actief. Ook was Brice een expert die veelvuldig werd geconsulteerd door media en politici. Toen de redactie van Cahiers Politiestudies hem verzocht een bijdrage te schrijven voor dit themanummer aangaande “Dienst�verlening door de Politie” ging hij zonder enige reserve in op onze uitnodiging. Kort voor zijn overlijden zond hij navolgende bijdrage in. Wellicht de laatste wetenschappelijke bijdrage van zijn hand, zijn intellectueel testament. Na overleg met zijn naaste medewerkers heeft de redactie besloten deze bijdrage op te nemen als hulde aan zijn persoon en zijn bijdrage aan de veiligheidsstudies.
CPS 2018-1, nr. 46 73
In memoriam Brice De Ruyver
(1954-2017)
Cahiers Politiestudies
Jaargang 2018-1, nr. 46
p. 73-76
© Gompel&Svacina
ISBN 978-94-6371-009-1
Paul Ponsaers1
Op 19 oktober 2017 overleed professor Brice De Ruyver onver-
wacht aan een hartfalen. Hij werd 62 jaar. Jong, veel te jong om
ons te verlaten. Met hem is één van de meest scherpe observatoren
en architecten van het Belgische veiligheidsbeleid heengegaan.
Brice was erg geliefd bij zijn studenten aan de UGent omwille
van zijn nooit aflatende bevlogenheid en begeestering. Hij was
tot op de laatste dag van zijn leven onderzoeksmatig erg actief.
Ook was Brice een expert die veelvuldig werd geconsulteerd door
media en politici.
Toen de redactie van Cahiers Politiestudies hem verzocht een
bijdrage te schrijven voor dit themanummer aangaande “Dienst-
verlening door de Politie” ging hij zonder enige reserve in op onze uitnodiging. Kort voor zijn
overlijden zond hij navolgende bijdrage in. Wellicht de laatste wetenschappelijke bijdrage
van zijn hand, zijn intellectueel testament. Na overleg met zijn naaste medewerkers heeft de
redactie besloten deze bijdrage op te nemen als hulde aan zijn persoon en zijn bijdrage aan
de veiligheidsstudies.
Brice De Ruyver studeerde rechten en criminologie aan UGent. In 1978 wordt hij
assistent bij de legendarische professor Paul Ghysbrecht. Hij zal dat blijven tot 1991.
Intussen (in 1986) doctoreert De Ruyver in de Criminologie op een proefschrift dat
zijn liefde voor het crimineel beleid meteen verraadt: “De strafrechtelijke politiek gevoerd
onder de socialistische ministers van Justitie E. Vandervelde, P. Vermeylen en A. Vranckx”.
Al snel duikt zijn naam op in de media als specialist inzake drugbeleid, internationale
samenwerking en mensenhandel. In 1992 wordt hij aangesteld als professor strafrecht
aan de Rechtsfaculteit van UGent, om in 1996 te promoveren tot voltijds hoogleraar aan
de vakgroep Strafrecht en Criminologie. Ondanks zijn liefde voor het strafrechtelijk
beleid zal hij steeds wetenschapper blijven en nooit de rangen van politici vervoegen.
Brice De Ruyver doceerde strafrecht, strafrechtelijk beleid en drugsbeleid. Hij was
1 Prof. dr. emeritus, UGent, Vakgroep Criminologie, Strafrecht en Sociaal Recht.
CPS 46 - DRUK.indd 73 02-Feb-18 12:07:22 PM
Paul Ponsaers
74 CPS 2018-1, nr. 46
promotor van tientallen veiligheids- en drugsgerelateerde wetenschappelijke onderzoe-
ken en publiceerde talrijke artikelen en boekbijdragen over deze materies.
Nochtans was Brice De Ruyver veel meer dan louter academicus. Hij maakte ons telkens
duidelijk om buiten de muren van de universiteit te kijken en open te staan voor de
vragen die de maatschappij stelt. Samen met enkele andere criminologen stond hij
begin jaren negentig aan de wieg van het Institute for International Research on Criminal
Policy. Door die sterke academische basis vonden ook beleidsmakers hun weg naar de
vakgroep, en zeker naar De Ruyver zelf.
Tussen 1992 en 1994 is hij, toen reeds samen met collega Cyrille Fijnaut, zijn compagnon
de route gedurende vele jaren, als expert betrokken bij de parlementaire onderzoekscom-
missie rond mensenhandel. Bij het afsluiten van de werkzaamheden van de commissie
pleiten ze beiden ten voordele van een structurele aanpak van politiecorruptie. In de
loop van de jaren 1996-1997 is De Ruyver eveneens betrokken bij een parlementaire
werkgroep inzake drugsbeleid, waarvoor hij een syntheseverslag aflevert.
In oktober 1996 wordt De Ruyver één van de experten van de commissie van het
federaal parlement die de zaak Dutroux onderzoekt. De commissie legt een aantal
grote disfuncties in de politiediensten bloot en legt daarmee de kiemen voor de latere
politiehervorming. De naam van Brice De Ruyver zal dan ook verbonden blijven met
de politiehervorming in 1998. De politiehervorming zal vorm krijgen in het Octopusak-
koord, verwijzend naar de acht partijen van meerderheid en oppositie, geconcretiseerd
met de wet van 7 december 1998. Die wet creëert een “geïntegreerde politiedienst,
gestructureerd op twee niveaus”.
Wanneer Guy Verhofstadt midden 1999 premier wordt, stelt hij Brice De Ruyver aan
als adviseur Politie en Veiligheid, een functie die hij gedurende de twee regeringen
Verhofstadt vervult. Eens de hervorming in wetteksten is omgezet, ziet hij als adviseur
toe op de uitwerking op het terrein, voornamelijk door zijn voorzitterschap van de
Commissie ter begeleiding van de politiehervorming op lokaal niveau”. De Ruyver leidt ook
een aantal jaren het “College Inlichtingen en Veiligheid” (MCIV), een orgaan dat de
algemene politiek inzake inlichtingen vaststelt, de prioriteiten van de Veiligheid van de
Staat en van de Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid van de Krijgsmacht bepaalt
en hun activiteiten coördineert.
In 2008 schrijven De Ruyver en Fijnaut, opnieuw samen, een rapport over grensover-
schrijdende drugscriminaliteit in de Regio Maas-Rijn. In 2009 zal hij een onderzoek
voeren “Voor een veilig en leefbaar Oostende”. De Ruyver en Fijnaut lichten samen
in 2010 de Gentse politie door. Fijnaut zal datzelfde jaar een eredoctoraat toebedeeld
krijgen vanwege de UGent, mede dankzij de uitstekende samenwerking met De Ruyver.
In mei 2016 wordt De Ruyver samen met Cyrille Fijnaut genoemd als expert van de
onderzoekscommissie naar de aanslagen van 23 maart van datzelfde jaar. Maar – omdat
hij als architect van de politiehervorming optrad in 1998 – wordt zijn onafhankelijkheid
in vraag gesteld door de oppositie, waarna De Ruyver en Fijnaut feestelijk bedanken
voor de functie.
Gedurende de laatste weken van zijn leven was Brice De Ruyver druk doende met een
rondgang bij burgemeesters, met het oog op het optimaliseren van de schaalgrootte
CPS 46 - DRUK.indd 74 02-Feb-18 12:07:22 PM
In memoriam Brice De Ruyver (1954-2017)
CPS 2018-1, nr. 46 75
van de zonale politie. In navolgende bijdrage doet hij het relaas van zijn zienswijze
op de voortgang van de hervorming van de politie in ons land. Een proces dat naar
zijn inzicht nooit zal zijn afgerond. Brice De Ruyver had het imago een streng man te
zijn. Voor diegenen die het voorrecht hadden hem van naderbij te leren kennen ging
er echter achter die façade een ware gentleman en een warme persoonlijkheid schuil.
CPS 46 - DRUK.indd 75 02-Feb-18 12:07:22 PM
ResearchGate has not been able to resolve any citations for this publication.
ResearchGate has not been able to resolve any references for this publication.