[Dutch below]
A frequent phenomenon in the speech of bilinguals is code-switching, the use of multiple languages in one conversation, or even within a single sentence. Code-switching researchers are interested in the compromises that bilinguals make to embed elements from one language into the structure of the other. Nouns, for instance, that are embedded in the structure of a language with grammatical gender, have to be classified into gender categories. This study describes the structure of code-switching, in particular the rules for assigning gender to code-switched nouns, in nineteenth-century Dutch, which still clearly distinguished three gender categories. In order to study this, we analysed code-switching in the novel Max Havelaar by Multatuli, who used a wide variety of Indonesian words and phrases, as well as Latin, French, German, and English lexical elements. The results show that insertions are the most common type of code-switching in Max Havelaar, and that gender assignment is guided by three factors, depending on the language of origin: the gender of the noun in the language of origin, the translation equivalent, and phonological cues.
Een veelvuldig voorkomend fenomeen bij tweetaligen is codeswitching, het gebruik van meerdere talen in één gesprek, of zelfs in één zin. Codeswitchingonderzoekers zijn geïnteresseerd in de compromissen die tweetaligen sluiten om elementen uit de ene taal in de structuur van een andere taal in te bedden. Zo moeten gecodeswitchte nomina die in de structuur van een taal met grammaticaal geslacht worden ingebed bij een geslachtscategorie worden ingedeeld. In dit onderzoek beschrijven we de structuur van codeswitching, in het bijzonder de regels voor de toewijzing van grammaticaal geslacht aan gecodeswitchte nomina, in het Nederlands van de negentiende
eeuw, dat nog duidelijk drie geslachtscategorieën onderscheidde. Om dat te onderzoeken, hebben we de codeswitching in Multatuli’s Max Havelaar geanalyseerd, waarin een breed scala aan woorden en zinssneden uit het Indonesisch wordt gebruikt, naast Latijnse, Franse, Duitse en Engelse lexicale elementen. De resultaten laten zien dat in Max Havelaar vooral insertionele codeswitching voorkomt, en dat bij het toewijzen van grammaticaal geslacht drie factoren een rol spelen, afhankelijk van de herkomsttaal: het geslacht in de taal van origine, het vertaalequivalent, en fonologische aanwijzingen.