ArticlePDF Available

Wat is de impact van de COVID-19 lockdown en onderwijs op afstand op de mbo-student ?

Authors:
  • Ares Hogeschool Wageningen / Open University

Abstract

De lockdown en het leren op afstand als gevolg van de COVID-19-pandemie heeft veel invloed op het middelbaar beroepsonderwijs (mbo). Inmiddels mogen er naast praktijkonderwijs ook andere onderwijsactiviteiten plaatsvinden, maar 1,5 meter afstand is geboden. Een mooi moment om de balans op te maken. Zijn er mogelijke leer- en ontwikkelachterstanden? Hoe worden arbeidsmarktontwikkelingen ervaren? Wat leren we hiervan en waar zou aandacht aan besteed kunnen of moeten worden in de inhaal- en ondersteuningsprogramma’s die het mbo kon aanvragen? Een blik terug en vooruit op basis van een onderzoek dat we uitvoerden tijdens de intelligente lockdown tot 15 juni onder mbo-studenten én docenten. Jong, F. De, & Lans, T. (2020). Wat is de impact van de COVID-19 lockdown en onderwijs op afstand op de mbo-student ? Onderwijs en Gezondheidszorg, 44(5), 23–28. Retrieve online (expanded) version https://onderwijsengezondheidszorg.nl/jaargangen/2020/5-sep.html
ONDerZOeK ACtUeeL uItgeLICht
Inleiding
Ongeveer twee weken na sluiting van de scholen, begin april 2020,
verschijnen de eerste nieuwsberichten over de mogelijke eecten van
de coronacrisis op het mbo. Twee punten lijken hierin terug te keren:
1) Praktijkleren is de kracht van het mbo en daarmee dus ook
kwetsbaar bij iedere (economische) crisis;
2) het mbo-onderwijs is enorm divers en heeft relatief veel kwets-
bare studenten en is daarom (mogelijk) extra gevoelig voor de
eecten van deze crisis.
Om met het eerste te beginnen: de crisismaatregelen belemmeren
de leerbanen (BBL) en stages (BOL). De Samenwerkingsorgani-
satie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB) die zich bezighoudt
met begeleiding, erkenning van en onderzoek naar leerbedrijven
en kwaliteit en ontwikkeling van stages en leerbanen, becijferde
in april al dat scholen een tekort hebben van 13.000 stages en
leerbanen voor studenten. Begin augustus is dit tekort opgelo-
pen tot bijna 21.000 stages en leerbanen (SBB, 2020). Het aantal
studenten dat in april 2020 met een stage of leerbaan van start
ging, lag zelfs 56 procent lager dan in april 2019 (SBB, 2020). Ook
de onderwijsinspectie MBO geeft in haar consultatie half april aan
dat schoolbesturen met name het wegvallen van de leerbanen en
stages als problematisch zien (Inspectie, 2020). Naast de afhan-
kelijkheid van het mbo van praktijkleer en -werkplekken, maakt de
coronacrisis nog een andere kwetsbaarheid zichtbaar, namelijk de
hoge mate van specialisatie binnen de beroepsopleidingen. Als de
vraag in specifieke beroepen afneemt of zelfs helemaal verdwijnt
zijn studenten kwetsbaar en vanwege de diepgaande specialisatie
minder wendbaar (Onderwijsraad, 2020). Een leven lang ontwik-
kelen is meer dan ooit nodig (Onderwijsraad, 2020) ook kijkend
naar het feit dat in april het aantal jongeren met werk met 100.000
daalde (CBS, 2020). Begin juli, stelt Save the Children (2020) dat
40 procent van de 1500 ondervraagde mbo-studenten zijn bijbaan
is verloren of minder uren kon werken door de coronamaat-
regelen. Medio augustus zijn de vooruitzichten er niet beter op
geworden met de ongekende 10 procent krimp van de economie
in de eerste twee kwartalen van 2020.
Naast haar sterke verwevenheid met de arbeidsmarkt is het mbo
ook het onderwijs met veel diversiteit en kwetsbare studenten.
In vergelijking met bijvoorbeeld havo-leerlingen hebben mbo-
studenten lagere basisvaardigheden, vallen ze vaker uit en hebben
ze ouders met een gemiddeld lager opleidingsniveau en soci-
aal-economische achtergrond (Van Engen & Christoels, 2017). In
de eerdergenoemde april-consultatie schrijft de onderwijsinspec-
tie: ‘Onderwijsbestuurders maken zich zorgen over gebrek aan
motivatie, zelfsturing en geschikte plekken en faciliteiten om thuis
lessen te volgen bij hun studenten.’
Dezelfde zorgen worden ook door studenten zelf geuit in een
enquête die JobMBO onder meer dan duizend mbo-studenten
hield (JobMBO, 2020). De coronamaatregelen lijken sommige
studenten extra hard te raken concludeert JobMBO: met name
die studenten die thuis niet de motivatie, ondersteuning of de
faciliteiten hebben.
Doel en onderzoeksmethode
Om beter zicht te krijgen op de omvang van de genoemde
uitdagingen en impact van het thuis leren is specifiek voor het
mbo tussen 8 mei (8 weken na sluiting) en 15 juni (13 weken
na sluiting) een breed onderzoek uitgevoerd onder studenten
en docenten. Drie zaken stonden centraal in de vraagstelling:
1) Hebben studenten evenveel, meer of minder dan anders
geleerd? 2) Hoe hebben ze het afstandsleren ervaren? 3) Maken
ze zich wel of geen zorgen over de impact van COVID-19-pan-
demie op de arbeidsmarkt? Dit onderzoek was zeker niet het
enige onderzoek in het mbo (zie ook NRO, 2020), maar wel één
van de weinige onderzoeken over instellingen heen en waarin
ook expliciet is gekeken naar de zorg van studenten over hun
loopbaanperspectief gezien de ontwikkelingen op arbeids-
markt. De 14 (plus 5 algemene) vragen die we stelden waren
vergelijkbaar voor studenten en docenten: het ging om de ver-
gelijking tussen ‘wat en hoe’ studenten leerden (vraagcategorie
1 en 2) sinds de sluiting en toen de scholen nog open waren.
Bijvoorbeeld: Ik heb …… (veel minder, beetje minder, evenveel,
beetje meer, veel meer) geleerd dan wanneer mijn school
De lockdown en het leren op afstand als gevolg van de COVID-19-pandemie heeft veel invloed op het
middelbaar beroepsonderwijs (mbo). Inmiddels mogen er naast praktijkonderwijs ook andere onderwijsacti-
viteiten plaatsvinden, maar 1,5 meter afstand is geboden. Een mooi moment om de balans op te maken. Zijn
er mogelijke leer- en ontwikkelachterstanden? Hoe worden arbeidsmarktontwikkelingen ervaren? Wat leren
we hiervan en waar zou aandacht aan besteed kunnen of moeten worden in de inhaal- en ondersteunings-
programma’s die het mbo kon aanvragen? Een blik terug en vooruit op basis van een onderzoek dat we
uitvoerden tijdens de intelligente lockdown tot 15 juni onder mbo-studenten én docenten.
Wat is de impact van de COVID-19 lockdown
en onderwijs op afstand op de mbo-student?
Frank de Jong, Thomas Lans en Tess Beking
23
www.ONDERwIJSENGEZONDHEIDSZORG.Nl NummER 5-2020
Gedownload van https://onderwijsengezondheidszorg.nl op 14-9-2020 om 10:46. Alleen voor persoonlijk gebruik voor jacqueline.dijkstra@hu.nl. Zonder toestemming van BPM Medica is geen ander gebruik toegestaan.
Copyright (C) 2020 BPM Medica.
ONDerZOeK ACtUeeL uItgeLICht
24
nummer 5-2020 www.OnDerwIJSenGeZOnDHeIDSZOrG.nl
open was gebleven. Daarnaast vroegen we zowel studenten
als docenten naar hun ervaringen met afstandsleren en of
en hoe ze anticipeerden op de ontwikkelingen in de arbeids-
markt (vraagcategorie 3 en 4). Via de ECBO-website, LinkedIn,
Twitter en Facebook zijn oproepen aan studenten en docenten
verspreid om de korte vragenlijst in te vullen. Op onze oproep
om mee te doen werd door meer dan 300 mbo-studenten
(N=329) en mbo-docenten (N=317) gehoor gegeven. Hoewel
het onderzoek mbo-breed georiënteerd was, zijn er voor dit
artikel specifieke analyses (MANOVA’s) uitgevoerd om verschil-
len tussen opleidingssectoren in beeld te krijgen en met name
eectverschillen op studenten uit de Zorg en Welzijn.
Wie heeft gereageerd op onze oproep?
Algemene kenmerken van de 329 mbo-student en 317
mbo-docent respondenten zijn weergegeven in tabel 1. Opval-
lend veel meer vrouwen dan mannen hebben de vragenlijsten
ingevuld, vooral studenten uit het ‘Groen’ onderwijs. De meeste
docent respondenten kwamen uit het ‘Zorg & Welzijn’ onder-
wijs.
Student respondenten
in % van hun totaal
(329)
vrouw
62,3
man
33,4
Anders/
wil ik niet zeggen
4,3
Afstuderen afstudeerjaar
24,0
niet afstudeerjaar
76,0
Leerweg BOL
68,4
BBL
31,6
Niveau niveau 4
72,0
niveau 3
18,5
niveau 2
8,5
niveau 1
0,9
Opleiding in ‘Zorg & Welzijn’
16,1
‘Groen’ onderwijs
61,4
‘Handel, Economie
& Administratie’
14,9
‘Veiligheid’
7,6
Docent respondenten
in % van hun totaal
(317)
Vrouw
67,6
Man
30,1
Anders/
wil ik niet zeggen
2,3
Geeft voor-
namelijk les in de:
BOL
79,3
BBL
20,7
Verzorgt voornamelijk
onderwijs in:
‘Zorg & Welzijn’
32,5
‘Groen’
23,0
‘Handel,
Economie
& Administratie’
20,8
‘Techniek’ 7,9
‘Veiligheid’ 1,5
‘ICT/Web’ 2,6
Overige sectoren,
of niet genoemd
11,7
Tabel 1: Kenmerken van de respondenten die de vragenlijst volledig hebben ingevuld in % van het totaal aantal student of docent respondenten.
Resultaten
Is er geleerd?
Op de vraag of de studenten hetzelfde, meer of minder leren
tijdens deze periode dan dat ze normaal op school zouden
leren, geeft 40,2 procent aan dat ze net zo veel of zelfs meer
hebben geleerd. 34,3 procent geeft juist aan een beetje minder
of zelfs veel minder (25,5 procent) te leren dan normaal op
school. Deze verdeling wordt bevestigd door de docenten die
we dezelfde vraag hebben gesteld. Ook docenten schatten in
dat ongeveer 37,8 procent van hun studenten evenveel of meer
heeft geleerd dan normaal op school, en 42,3 procent juist een
beetje minder of veel minder (19,9 procent). 62,2 procent van
de docenten geeft dus aan dat studenten minder geleerd heb-
ben. Bij studenten zijn hier geen significante verschillen tussen
mannen en vrouwen, leerwegen BBL/BOL en opleidingsniveaus
met uitzondering van mbo-3. Gemiddelde score is boven 2,
reflecterend dat minder dan de helft van de studenten vindt
dat ze hetzelfde of meer geleerd hebben dan wanneer ze op
school les hebben. Bijna 60 procent van de studenten geeft dus
aan minder geleerd te hebben.
Niveau 3 mbo-studenten geven significant vaker aan dat ze
iets meer dan de andere groepen ‘meer dan normaal geleerd’
hebben. Studenten uit de sector Zorg en Welzijn geven het
vaakst aan dat ze minder geleerd hebben dan wanneer ze op
school waren gebleven en verschillen daarin significant met de
studenten uit de sector Groen Onderwijs (P=.025) (figuur 1).
Wat is er geleerd?
Wat betreft de inhoud van het online-onderwijs, zijn studen-
ten en docenten kritisch. 69,3 procent van de studenten geeft
aan dat ze vergelijkbare kennis hebben opgedaan als toen de
scholen open waren. Met name het leren van vergelijkbare
vaardigheden en gedrag als wanneer de scholen, stage en leer-
banen open waren staat door het online-onderwijs onder druk.
Maar 30,7 procent van de studenten geeft aan dat ze tijdens de
intelligente lockdown vergelijkbare vaardigheden of vergelijk-
baar gedrag (29,2 procent) hebben geleerd. Hoewel docen-
ten geleerde vaardigheden en gedrag steeds significant lager
inschatten dan studenten bevestigen de antwoorden van de
docenten het beeld dat de studentresultaten geeft. Tussen de
sectoren zijn geen significante verschillen gevonden (figuur 2).
Van de docenten geeft 47,9 procent aan dat studenten wellicht
niet dezelfde kennis/vaardigheden/gedrag hebben geleerd in
Gedownload van https://onderwijsengezondheidszorg.nl op 14-9-2020 om 10:46. Alleen voor persoonlijk gebruik voor jacqueline.dijkstra@hu.nl. Zonder toestemming van BPM Medica is geen ander gebruik toegestaan.
Copyright (C) 2020 BPM Medica.
ONDerZOeK ACtUeeL uItgeLICht
zorgen welzijn
groen
.25
Estimated Marginal Means
Estimated Marginal Means
25
www.ONDERwIJSENGEZONDHEIDSZORG.Nl NummER 5-2020
Figuur 2: De optische verschillen tussen de sectoren wat betreft opgedane kennis, vaardigheden en gedrag zijn niet statistisch
significant.
Figuur 1: Gemiddelde student-score op de vijf-puntschaal (veel minder -1-, beetje minder, evenveel, beetje meer, veel meer -5-)
geleerd per sector.
deze periode, maar juist andere kennis, vaardigheden en ander
gedrag hebben ontwikkeld. Studenten zelf zien dat duidelijk
minder: maar 12,5 procent van de studenten denkt andere ken-
nis, vaardigheden en gedrag te hebben geleerd sinds de sluiting
van de scholen. Concrete voorbeelden die studenten noemen
zijn: ‘Plannen/timing/structuur’, ‘Dat niet naar school gaan erg
vervelend is’, ‘Vooral veel zelf uitzoeken’, ‘Beter met computer
om kunnen gaan’, ‘Klusjes aan huis’ en ‘Geduld hebben’.
Hoe is er geleerd?
Een meerderheid van de studenten (54,7 procent) en een meer-
derheid van docenten (61,6 procent) geven aan dat studenten
nu minder gemotiveerd zijn en met meer moeite leren dan toen
de scholen nog open waren (studenten 56,8 procent; docenten
51,2 procent). Docenten schatten hoger in dan studenten dat
studenten doelgerichter zijn tijdens het online-leren dan stu-
denten zelf. Daarentegen schatten docenten steeds significant
lager in dat studenten het makkelijker vinden, gemotiveerder of
juist minder gemotiveerder zijn dan dat studenten dat ervaren.
Studenten in de beroepsbegeleidende leerweg (BBL) geven
vaker aan ‘minder gemotiveerd’ te zijn, in vergelijking met stu-
Estimated Marginal Means of ik heb ... geleerd dan wanneer mjn school open was gebleven.
Estimated Marginal Means
zorg en welzijn
Estimated Marginal Means of Vergelijkbare vaardigheden Estimated Marginal Means of Andere kennis, vaardigheden en
gedrag, namelijk...
groen
sector
veiligheid
handel en
economie&admin
Observed Grand Mean
.0
sector
.1
.2
.3
.4
.5
.6 Observed Grand Mean
.00
.05
.10
.15
.20
.25
.30
sector
zorg en welzijn
groen
Error bars: 95% CI
handel en
economie&admin
veiligheid
zorg en welzijn
groen
Error bars: 95% CI
handel en
economie&admin
veiligheid
Observed Grand Mean
Gedownload van https://onderwijsengezondheidszorg.nl op 14-9-2020 om 10:46. Alleen voor persoonlijk gebruik voor jacqueline.dijkstra@hu.nl. Zonder toestemming van BPM Medica is geen ander gebruik toegestaan.
Copyright (C) 2020 BPM Medica.
ONDerZOeK ACtUeeL uItgeLICht
26
nummer 5-2020 www.OnDerwIJSenGeZOnDHeIDSZOrG.nl
denten in de beroeps opleidende leerweg (BOL). Interessant is
dat docenten juist het omgekeerde zeggen over hun studenten:
BOL-studenten zijn minder gemotiveerd dan BBL-studenten.
Anderzijds geeft 23 procent van de studenten aan dat ze gemo-
tiveerder was, 24 procent het makkelijker vond en 29 procent
ook doelgerichter bezig was. Ook vindt 51 procent van de stu-
denten dat ze gedurende de lockdown nu veel beter op andere
momenten die hen uitkwam, kon studeren dan dat docenten
dat inschatten (34 procent). In de ogen van studenten was er
dus meer flexibiliteit in het moment van studeren.
Studenten Zorg en Welzijn verschillen hierin niet significant
van andere studenten (alleen de verschillen tussen studenten
sector Groen en sector Handel en Economie & Administratie
zijn significant).
Figuur 3: Overzicht van de motivatie (links) en ervaren flexibiliteit m.b.t. het moment van studeren (rechts) weergegeven per sector.
Daarnaast blijkt het merendeel van de studenten (53,5 pro-
cent) minder contact met het werkveld te hebben tegenover
46,5 procent die aangeeft evenveel of zelfs meer contact te
hebben. Ook zegt 66,3 procent van de studenten dat ze min-
der inhoudelijke gesprekken over de lesstof hebben gehad met
docenten en minder met hun medestudenten (62,3 procent).
Van de studenten zegt 66,3 procent dat ze evenveel tot veel meer
zelfinitiatief hebben genomen om bij te blijven en nieuwe dingen
te leren over hun (toekomstige) beroep dan toen de school nog
open was. BBL-studenten nemen hierin iets minder initiatief dan
BOL-studenten. Slechts 43,2 procent van de docenten denken
hierover hetzelfde als de studenten. Dus ook hier zien we meer
dan de helft van de docenten een lagere inschatting maken.
Opvallend is dat we in deze categorie van vragen vaak een ver-
schil tussen studenten uit het opleidingsdomein Zorg en Welzijn
zien met studenten uit een andere sector (figuur 4). Zo nemen de
studenten uit de sector Zorg en Welzijn het minst initiatief om bij
te blijven en daarin verschillen ze significant van studenten uit het
Groen onderwijs die het meeste initiatief hierin nemen (P=.03).
Ook geven ze het vaakst aan minder inhoudelijke gesprekken
met medestudenten te hebben tijdens de lockdown en ook hierin
verschillen ze significant met studenten uit het Groen-onderwijs
die vaker zeggen dit soort gesprekken hebben (P=.031). Daaren-
tegen zeggen Zorg en Welzijn-studenten het vaakst contact met
het werkveld te hebben en zelfs meer dan toen de school nog
open was. Hierin verschillen ze significant van de studenten uit
Estimated Marginal Means of minder gemotiveerd Estimated Marginal Means of of op andere momenten
(die mij beter uitkwamen
Observed Grand Mean
Observed Grand Mean
sector
zorg en welzijn
groen
Error bars: 95% CI
handel en
economie&admin
veiligheid
Error bars: 95% CI
sector
zorg en welzijn
groen
handel en
economie&admin
veiligheid
Estimated Marginal Means
Estimated Marginal Means
.0
.2
.6
.4
.8
.0
.2
.6
.4
.3
.2
.1
.0
.4
Estimated Marginal Means of ik heb ... initiatief genomen om bij te
blijven en nieuwe dingen te leren over mijn (toekomstige) beroep
dan toen mijn school nog open was.
Estimated Marginal Means
Estimated Marginal Means
Observed Grand Mean
sector
zorg en welzijn
groen
Error bars: 95% CI
handel en
economie&admin
veiligheid
Estimated Marginal Means of ik heb ... inhoudelijke gesprekken over de
lesstof met studenten gevoerd dan toen mijn school nog open was.
Observed Grand Mean
.3
.2
.1
.0
sector
zorg en welzijn
groen
Error bars: 95% CI
handel en
economie&admin
veiligheid
Gedownload van https://onderwijsengezondheidszorg.nl op 14-9-2020 om 10:46. Alleen voor persoonlijk gebruik voor jacqueline.dijkstra@hu.nl. Zonder toestemming van BPM Medica is geen ander gebruik toegestaan.
Copyright (C) 2020 BPM Medica.
27
www.ONDERwIJSENGEZONDHEIDSZORG.Nl NummER 5-2020
ONDerZOeK ACtUeeL uItgeLICht
de sector Veiligheid (P=.026). Zorg en Welzijn-studenten ervaren
ook de minste variatie in de manier van lesgeven door docen-
ten in vergelijking met de periode dat de school nog open was.
Daarin verschillen ze significant met studenten uit de sectoren
Groen (P=.001) en Handel, Economie & Administratie (P=.008).
Hoe ziet de toekomst eruit?
Wat betreft het arbeidsmarktperspectief - na het afstuderen –
maken studenten ‘Zorg en Welzijn’ zich significant het minst
zorgen, en studenten ‘Handel, Economie & Administratie’ en
‘Groen’ het meest (voor figuur 5 zie online versie). Studenten in
het afstudeerjaar maken zich meer zorgen over of ze straks een
baan hebben. Ook is hun beeld ten opzichte van het beroep en
loopbaan meer veranderd dan bij de niet-afstudeerders.
BBL-studenten zijn al meer gestart met het nemen van concre-
te stappen om eventueel te veranderen van werkoriëntatie dan
BOL-studenten, dat wil zeggen veranderen van opleiding en/
of bij- en omscholing. Afstudeerders doen dat in nog sterkere
mate dan de niet-afstudeerders. Hetzelfde patroon zien we in
de behoefte aan ondersteuning om te switchen naar een ander
toekomstig beroep of loopbaan.
Wat betreft de ervaringen met online-onderwijs, ondanks de
gepercipieerde leerachterstanden, de bezorgdheid over de
motivatie en minder contact met de praktijk is 63 procent van
de docenten tevreden over de online leermogelijkheden en wil
een grote meerderheid (72 procent) ook in de toekomst hiervan
gebruik maken. 43 procent van de docenten geeft aan dat hij/
zij zich daar ook e-didactisch voldoende bekwaam voor vindt.
Conclusie en discussie
Voor een deel lijken de resultaten de zorgen van SBB, de
onderwijsinspectie MBO en JOBMBO te bevestigen.
Het afstandsonderwijs lijkt, ook in de ogen van studenten
en docenten uit ons onderzoek, maar voor een deel van de
mbo-studenten een afdoende alternatief te zijn voor het
‘normale’ onderwijs, namelijk in situaties waar het leren van
kennis betreft en op momenten dat het je beter uitkomt. Het
leren van vaardigheden en gedrag lijkt op dit moment niet goed
ondersteund in het online-onderwijs. Waar deze verkenning,
anders dan de eerdere verkenningen een belangrijke bijdrage
aan levert, is het aanbrengen van een aantal nuanceringen.
Ten eerste, de lockdown en daarmee het afstandsonderwijs
heeft niet op alle studenten dezelfde uitwerking. Een groot deel
van de studenten en docenten ervaart minder motivatie in het
leren en denkt dan ook dat ze sinds de sluiting van de scholen
minder hebben geleerd. Voor een deel zou dit verklaard kunnen
worden door de kenmerken van mbo-studenten. Lang niet
iedereen kan gemakkelijk omgaan met de ontstane onzeker-
heid en heeft voldoende autonomie, digitale vaardigheden en
ouderlijke ondersteuning om gedisciplineerd en gemotiveerd te
leren; omstandigheden, houding en vaardigheden die cruciaal
zijn om mee te kunnen komen. De resultaten laten tegelijker-
tijd ook zien dat er een, weliswaar kleinere, groep is die wel de
vruchten plukt van het afstandsonderwijs. Er zijn studenten die
aangeven dat ze doelgerichter en gemotiveerder leren, en juist
meer leren dan normaal. Hoewel dus een aanzienlijke groep uit
onderzoek aangeeft minder (gemotiveerd) te hebben geleerd
tijdens de intelligente lockdown is er ook een groep die er
wel mee uit de voeten kan. Of er echt twee (en bijvoorbeeld
niet meer) verschillende groepen te onderscheiden zijn, en op
welke aspecten ze van elkaar verschillen kan helaas met dit on-
derzoek niet gezegd worden. Wel zien we hier verschillen per
sector en met name studenten uit Zorg en Welzijn wijken vaker
af in hun belevingen ten opzichte van studenten uit andere
sectoren.
Ten tweede geven de respondenten in ons onderzoek aan
dat de nadruk in hun afstandsonderwijs lag op de ontwikke-
ling van kennis, en minder op vaardigheden en gedrag. Voor
een deel kan dit verklaard worden door het wegvallen van de
praktijkleeromgevingen. Echter, naast het gebrek aan prak-
tijkleeromgevingen zou een aanvullende verklaring kunnen zijn
dat het online-onderwijs met name is ingezet vanuit instructie
en kennisontwikkeling. Denk bijvoorbeeld aan kennisclips en
instructievideo’s met opdrachten die veel docenten hebben ge-
bruikt om het online-onderwijs zo snel mogelijk vorm te geven.
Deze bevinding is belangrijk in het licht van het verder inrichten
van het afstandsonderwijs vanaf september. Aangezien veel
Estimated Marginal Means of ik heb ... contact met het werkveld dan
toen mijn school nog open was.
Figuur 4: Verschillen per sector m.b.t. initiatief nemen, inhoudelijke gesprekken voeren met medestudenten, contact met het werkveld
en de ervaren variatie in het lesgevendoor docenten. Scores Zorg en Welzijn-studenten verschillen het vaakst van de andere sectoren.
Estimated Marginal Means
Estimated Marginal Means
.2
.3
.1
.0
Observed Grand Mean
Error bars: 95% CI
sector
zorg en welzijn
groen
handel en
economie&admin
veiligheid
Estimated Marginal Means of ik heb ... variatie in de manier van lesgeven
door docenten dan toen mijn school nog open was.
Observed Grand Mean
.2
.3
.1
.0
Error bars: 95% CI
sector
zorg en welzijn
groen
handel en
economie&admin
veiligheid
Gedownload van https://onderwijsengezondheidszorg.nl op 14-9-2020 om 10:46. Alleen voor persoonlijk gebruik voor jacqueline.dijkstra@hu.nl. Zonder toestemming van BPM Medica is geen ander gebruik toegestaan.
Copyright (C) 2020 BPM Medica.
ONDerZOeK ACtUeeL uItgeLICht
docenten in het onderzoek aangeven door te willen gaan met
afstandsonderwijs na de zomer zou er meer aandacht besteed
kunnen worden aan e-didactiek en ondersteuning daarin (de
Jong, 2019, 2020). Zeker vanwege het feit dat het merendeel
van docenten zich daarin niet bekwaam voelt en studenten
minder variatie in de didactiek ervaren hetgeen eect kan heb-
ben op hun motivatie, concentratie en leergedrag.
Tenslotte laten deze resultaten ook het belang zien van
anticiperen op een onzeker arbeidsmarktperspectief van het
mbo-onderwijs en juist nu te investeren in loopbaan- en
21st-eeuwse vaardigheden zoals zelfregulering, informatievaar-
digheden, ict-basisvaardigheden en samen (on-line) leren. Dit
geldt vooral voor studenten in het laatste jaar, in BBL-trajecten
en in (specialistische) opleidingen waarvoor het zeer de vraag
is of er de komende jaren wel werk in te vinden is. Studen-
ten Zorg en Welzijn maken zich het minste zorgen over hun
arbeidsmarktperspectief. Het belang van het ontwikkelen van
deze vaardigheden wordt nog eens benadrukt door de recente
vooruitzichten over de arbeidsmarkt zoals het onderzoek dat
begin juli verscheen van Save the Children. Studenten geven
duidelijk aan behoefte te hebben aan ondersteuning in deze
loopbaanproblematiek als gevolg van COVID-19-crisis en de
vaardigheden om je hele leven door te blijven leren.
Praktijkimplicaties en aanbevelingen voor (praktijk)opleiders
en/of onderwijs
Meer ondersteuning voor docenten in het ontwikkelen van
hun e-didactiek is zeer welkom opdat studenten hun docenten
niet alleen als talking heads op het scherm zien, maar ook meer
actieve leervormen en samen leren plaatsvindt. Zo ervaarden
bijvoorbeeld Zorg en Welzijn-studenten veel minder didacti-
sche variatie in het afstandsonderwijs dan normaal. Ontwikke-
ling van e-didactiek is nodig opdat leerlingen meer en beter in
gesprek zijn over inhoud en de beroepspraktijk met docenten
maar ook met medestudenten. Hiervoor kan ook veel meer ge-
bruik gemaakt worden van adequate online-onderwijsvormen
zoals virtual en augmented reality, simulaties, virtuele werkbe-
zoeken, gesprekken met mensen (bijv. praktijkopleiders) uit de
praktijk, serious gaming. Ook versterking van e-didactiek als
computerondersteund samen leren en samen kennis opbou-
wen rondom (video-)praktijksituaties (De Jong, 2019, 2020) kan
het online leren krachtiger maken.
De economische en daarmee arbeidsmarktontwikkelingen zijn
belangrijk voor de inrichting van het corona-mbo-onderwijs. Met
een krimp van de economie van 8,5 procent verdwenen er 322
duizend banen maanden mei, juni, juli (CBS, 2020b) voornamelijk
in de sectoren handel, vervoer, horeca en bij uitzendbureaus.
Met name in gezondheids- en welzijnszorg is een stijging van het
aantal banen. Gezien de impact op de arbeidsmarktontwikkelin-
gen is het belangrijk voldoende aandacht te besteden aan de zorg
en behoefte van studenten aan om- en bijscholing, switchen van
opleiding et cetera. Belangrijk is daarbij niet alleen kennisgericht
onderwijs te hebben, maar voldoende ruimte en aandacht te heb-
ben voor het aanleren van leervaardigheden die het leervermogen
vergroten om je hele leven lang te ontwikkelen
.
Literatuur
• CBS(2020).160duizendmindermensenmetwerkinapril.
Gedownload April 2020: https://www.s-bb.nl/samenwerking/
sbb-helpt-u-verder/actuele-cijfers
• CBS(2020a).Banen–Werkgelegenheid.Gedownload14
augustus: https://www.cbs.nl/nl-nl/visualisaties/dashboard-ar-
beidsmarkt/banen-werkgelegenheid
• DeJong,F.(2019).Kennis in-ter-actie. Wageningen: Aeres
Applied University Wageningen/Open Universiteit.
• DeJong,F.,(2020).e-Didactiek belangrijk voor het ge-
bruik onderwijstechnologie voor het online-leren: voor
docenten en hun studenten. Samen leren als samen ken-
nis opbouwen: ‘idee gecentreerd leren’. 3 stappenplannen:
van informatiegericht naar idee-gecentreerd leren. DOI:
10.13140/RG.2.2.35228.51848. https://www.researchgate.
net/publication/343105455_e-Didactiek_belangrijk_voor_
het_gebruik_onderwijstechnologie_voor_het_online-leren_
voor_docenten_en_hun_studenten_Samen_leren_als_samen_
kennis_opbouwen_%27idee_gecentreerd_leren%27_3_stap-
penplannen_van_in?
• JOBMBO(2020).Mbo-student tevreden over onderwijs op
afstand, maar kampt ook met stress en onzekerheid. https://
www.jobmbo.nl/mbo-student-tevreden-over-onderwijs-op-
afstand-maar-kampt-ook-met-stress-en-onzekerheid/
• InspectievanhetOnderwijs(2020).COVID-19-monitor In-
spectie van het Onderwijs. https://www.onderwijsinspectie.nl/
onderwerpen/afstandsonderwijs-tijdens-covid-19
• SavetheChildren(2020).Mbo-jongerenvoelenzichtijdensde
coronacrisis vergeten. Gedownload 4 juli 2020.https://www.
savethechildren.nl/actueel/nieuws/2020/mbo-jongeren-voe-
len-zich-tijdens-coronacrisis-verg
•
SBB (2020). Actuele cijfers. Gedownload 14 augustus: https://
www.s-bb.nl/samenwerking/sbb-helpt-u-verder/actuele-cijfers
• VanEngen&Christoels(2017).Wat zijn kenmerken van de
mbo-populatie en presteren deze studenten beter wanneer de
onderwijsaanpak wordt afgestemd op die kenmerken? (KR.255).
NRO Kennisrotonde. https://www.nro.nl/wp-content/up-
loads/2017/12/255-antwoord-kenmerken-mbo-leerlingen.pdf
• ViSuAL(2020).VideoSupportedCollaborativelearning.
EU-Erasmus knowledge Alliance project 2017-2020. http://vi-
sualproject.eu ; LinkedIn https://www.linkedin.com/company/
visualka/?viewAsMember=true
Over de auteurs
• FrankdeJongwerktopdeOpenUniversiteit/AeresHoge-
school Wageningen.
• ThomasLansenTessBekingzijnwerkzaambijecbo.
Meer weten?
Neem contact op via f.de.jong@aeres.nl
of thomas.lans@ecbo.nl
1 oktober 2020 wordt dit artikel besproken in de eerste afleve-
ring van een webinar drieluik rondom COVID-19 en het mbo.
28
nummer 5-2020 www.OnDerwIJSenGeZOnDHeIDSZOrG.nl
Gedownload van https://onderwijsengezondheidszorg.nl op 14-9-2020 om 10:46. Alleen voor persoonlijk gebruik voor jacqueline.dijkstra@hu.nl. Zonder toestemming van BPM Medica is geen ander gebruik toegestaan.
Copyright (C) 2020 BPM Medica.
... This resulted in students complaining against on-line learning because they missed the interaction with teachers and peers. De Jong and Lans [1] discovered in their research among students and teachers in the first months of the lock down that students missed variation and interactions. Later during the Covid19 period in the Netherlands, the possibility of blended learning or a mix of on-line and face-to-face learning became possible. ...
Article
Full-text available
Teacher education enables students to grow from ‘novice’ into ‘starting expert’ teachers. In this study, students’ textual peer feedback on video recordings of their teaching practice was analysed to determine the growth of their expertise in relation to blended curriculum design. The degree to which curriculum and literature influenced their feedback was assessed by semantic network analysis of prominent words from the literature that was studied, as well as the lexical richness and semantic cohesion of students’ peer feedback and reflections. The lexical richness and the semantic cohesion increased significantly by the end of the semester. This means that students incorporated new vocabulary and maintained semantic consistency while using the new words. Regarding the semantic network analysis, we found stronger connections between the topics being discussed by the students at the end of the semester. Active use of video and peer feedback enhances students’ active knowledge base, thus furthering effective teaching.
Article
Full-text available
The growing use of video technologies has revealed the need for pedagogical models to support collaborative learning as part of teacher professionalization processes. We conducted a state-of-the-art review of 120 empirical studies from 2003 to 2019 to identify pedagogical models for the facilitation of teachers’ professional development via video-supported collaborative learning. The study identified four pedagogical models: observation and collaborative analysis of video-recorded professional practices, collaborative video-supported authoring, collaborative learning based on video content, and video-supported synchronous collaboration. The study provides an initial contribution toward the construction of an evidence-based video pedagogy. Such pedagogies can help to answer the continuing need for appropriate education and training for professionals in the areas of teacher education and professional development, higher education, and vocational education and training.
ResearchGate has not been able to resolve any references for this publication.