In de context van duaal leren -waarbij leerlingen een aanzienlijk deel van hun tijd leren op een werkplek- is het belangrijk om niet alleen scholen maar ook (andere) arbeidsorganisaties te leren zien als relevante contexten voor leren (Messmann & Mulder, 2015). Hoewel kennis, vaardigheden en attitudes zich kunnen ontwikkelen in heel veel verschillende situaties, ontwikkelen ze zich niet automatisch. Onderzoek toont dat er een gebrekkige verbinding is tussen wat geleerd wordt en wat nodig is om als een competent professional door het leven te gaan in een steeds complexer wordende wereld (Billett, 2011). De vraag hoe we leerlingen kunnen ondersteunen in hun leren op de werkplek in het kader van duaal leren en welke factoren daarbij een rol spelen staat centraal in dit hoofdstuk. Een belangrijke eerste vaststelling die we daarbij kunnen doen, is dat tot op heden onderzoek zich slechts in beperkte mate expliciet heeft bezig gehouden met de vraag welke de condities zijn waaronder leerlingen maximaal kunnen leren in de context van werk (Gijbels, Raemdonck, & Vervecken, 2010). Wat we wel weten is dat er alvast één ‘conditie’ is die een bijzondere plek verdient: de mentor. Volgens de bestaande regelgeving is de mentor ‘de persoon (personeelslid of zaakvoerder) die binnen de onderneming wordt aangeduid om de opleiding van de leerling op de werkplek te begeleiden en op te volgen.’ Verder wordt gestipuleerd dat deze functie de nodige competenties vergt, wat één van de voorwaarden is binnen de erkenningscriteria voor ondernemingen die meewerken aan het duale leren. Ondanks de cruciale rol die voor deze mentor in het leerproces is weggelegd, bestaat er op heden weinig eenduidigheid over de concrete invulling van deze positie. Zo zijn bijvoorbeeld de verschillen in grootte orde tussen sectoren onderling van die aard dat de mentor de HR verantwoordelijke kan zijn, de bedrijfsleider, een ploegbaas of teamverantwoordelijke. Bovendien zijn er veelal meerdere mensen bij het leerproces op de werkvloer betrokken waardoor verschillende rollen zich opdringen. Gezien deze complexiteit krijgt de mentor afzonderlijke aandacht verder op in dit hoofdstuk.
Figures - uploaded by
Bart WilleAuthor contentAll figure content in this area was uploaded by Bart Wille
Content may be subject to copyright.