Carl is sinds zijn dertiende bekend in de hulpverlening. Hij werd aangemeld vanwege concentratieproblemen op school. Thuis was zijn gedrag soms moeilijk, maar zijn ouders konden daar nog wel mee overweg. Er werd zwakbegaafdheid en ADHD vastgesteld. Nadat het gezin verhuisde en Carl van school wisselde, namen de problemen snel toe. Hij werd van school geschorst vanwege onhandelbaar gedrag, het lukte hem niet aan het werk te gaan, hij luisterde niet naar docenten. Carl zocht voortdurend andere jongeren op die net als hij meer zin hadden in lol trappen, maar hij kon daarin geen maat houden. Hij spijbelde veelvuldig en thuis namen de ruzies toe. Carl maakte, zeer tegen zijn zin, een overstap naar onderwijs voor zeer moeilijk opvoedbare kinderen, maar na enkele maanden weigerde hij ook daar mee te werken. Carl wilde zijn eigen gang gaan, maar miste het vermogen te bedenken wat de gevolgen van zijn handelen zouden kunnen zijn. Thuis was er ondertussen nog nauwelijks positief contact tussen Carl en zijn ouders.Wanneer hij niet onmiddellijk zijn zin kreeg voelde hij zich volledig onbegrepen. Er knapte dan iets in hem waarna hij alle controle verloor: voorwerpen vlogen door de woonkamer, ruiten sneuvelden, Carl en zijn vader gingen met elkaar op de vuist.